Door de jaren heen hebben we bij Laserbeest heel wat handige manieren voorbij zien komen om het lasersnijden te optimaliseren of leuker te maken. Laserbeest heeft de beste tips op een rij gezet om snel en slim te tekenen voor lasersnijden en graveren.
Laserbeest gebruikt AutoCAD en Adobe Illustrator om tekeningen te verwerken. Je kunt deze programma’s gebruiken, maar ook andere programma’s kunnen prima voldoen om een tekening te maken. Gebruik altijd onze template en lees de instructies die we hebben opgesteld. De basics in het kort:
- maak een vectortekening
- gebruik de juiste lagen
- teken de omtrek van de plaat of het object
- nummer alle platen en plaats deze onder elkaar in de tekening
- teken schaal 1:1
- verwijder dubbele lijnen en overbodige informatie
- degroepeer alles
Multiplex, mdf, karton of acrylaat kan heel fijn worden gesneden. Laserbeest adviseert om goed na te denken over het tekenwerk, omdat het vaak slim is om onderdelen net even wat robuuster te maken. Zorg ervoor dat onderdelen niet te smal of te fragiel worden om te voorkomen dat onderdelen breken. Een goede vuistregel is de dikte van het materiaal aan te houden als minimumbreedte in het tekenwerk, hoewel in sommige gevallen dunner wel mogelijk is. De ondergrens van de breedte in het tekenwerk die Laserbeest hanteert is 1mm.
Het is handig om onderdelen op volgorde terug te kunnen vinden. Bij dun karton en vliegtuigtriplex 0.6mm en 1mm (en soms ook handig bij 2mm) is het beter om de onderdelen niet vast te tapen in de platen, omdat het materiaal kan beschadigen als deze tape weer wordt verwijderd. Door de snijlijn 0.5mm te onderbreken, blijven de onderdelen in de plaat hangen. Bovendien voorkom je dat onderdelen door de machine gaan vliegen tijdens het snijden. Gebruik het BREAK commando in AutoCAD om lijnen te onderbreken. Handmatig onderbrekingen intekenen kan ook. In Illustrator kan de Pathfinder een hulpmiddel zijn. Met een mesje kun je eenvoudig de onderdelen lossnijden. Dit werkt zelfs bij mdf 2mm en 3mm voor bijvoorbeeld bouwpakketjes, plaats de onderbrekingen op plekken die minder zichtbaar zijn in het eindresultaat.
Door slim te ontwerpen kun je meer van het materiaal gebruiken. Soms wil je juist de vorm hebben, soms de contravorm. Maar door goed te ontwerpen kun je beide vormen gebruiken! Als je bijvoorbeeld sleutelhangers ontwerpt, kun je verschillende vormen combineren en voor hetzelfde geld meer sleutelhangers laten maken.
Soms wil je graag letters uitsnijden. Dit zien we vaak bij een spuitmal, maar het kan ook voorkomen bij bijvoorbeeld een trouwkaart. Bij een normaal lettertype vallen de binnenvormen van letters zoals een o, a of p uit de plaat. De binnenvormen zitten namelijk nergens aan vast. Dit kun je oplossen door een zogenaamd ‘stencilfont’ te kiezen. Laserbeest heeft een handig overzichtje gemaakt van lettertypes die geschikt zijn voor sjablonen. Deze lettertypes zijn vrij beschikbaar via de website www.dafont.com en kun je
hier downloaden.
Met de ORTHO mode kun je objecten over de horizontale of verticale as verplaatsen. Gebruik F8 om ORTHO aan of uit te zetten. Met POLARTRACKING kun je de cursor in bepaalde hoeken laten bewegen. Gebruikt F10 voor deze functie. Met Object Snap (OSNAP) kun je de cursor laten snappen op andere punten. Gebruik hiervoor F3. Elk van deze functies is naar eigen wens in te stellen. Deze functies zijn voor lasersnijden extra handig, omdat je zo snel onderdelen op elkaar kunt afstemmen.
Tekenwerk kan snel complex worden. AutoCAD voorziet in een handige functie om snel tekenwerk uit andere lagen te verbergen. Dit kan met de functie LAYISO. De lagen die inactief worden krijgen een lichtere kleur of verdwijnen helemaal uit het zicht (afhankelijk van de instelling). Gebruikt het commando LAYUNISO om alle lagen weer actief te maken.
Er zijn verschillende commando’s in AutoCAD waarmee je snel kunt controleren of er nog overbodige elementen in de tekening aanwezig zijn. Het commando PURGE gebruik je om ongebruikte definities te verwijderen. BEDIT is handig om te kijken of er nog blocks in de tekening aanwezig zijn die je wilt verwijderen. OVERKILL is nuttig om dubbele lijnen te verwijderen.
De functie ‘Image Trace’ is ontzettend handig. Met deze functie kun je van een pixel-plaatje snel een lijntekening maken, zonder daarvoor zelf tekenwerk te verrichten. Plaats de afbeelding op het artboard met CTRL-C/CTRL-V of FILE>PLACE… Selecteer de afbeelding en kies vervolgens ‘Image Trace’. De afbeelding is nu door Illustrator bewerkt, maar je moet nog een stap zetten om er een lijntekening van te maken. Kies nu ‘Expand’ en vervolgens ‘Ungroup’. Je ziet nu de lijnen. Nu moet je nog een belangrijke stap zetten om een schone lijntekening te maken, zonder dubbele lijnen. Als je VIEW>‘Show Transparency Grid’ aanzet, dan zie je dat er nog witte vlakken aanwezig zijn. Deze moeten worden verwijderd, bijvoorbeeld op de volgende manier. Selecteer een zwart vlak. Vervolgens kies je SELECT>SAME>’Appearance’. Nu wordt alles wat zwart is geselecteerd. Dit is wat je wel wilt hebben. Met CTRL-X knip je dit even weg. Verwijder nu alles (bijvoorbeeld met CTRL-A en dan ‘Delete’. Als je nu CTRL-F kiest (Paste in Place), dan wordt het tekenwerk weer op dezelfde plek teruggezet. Als laatste stap zet je alles in de juiste layer en maak je de vlakvulling transparant en de lijnen geef je een kleur. Extra tip: met de functie OBJECT>PATH>‘Simplify Path’ kun je het tekenwerk iets vereenvoudigen en kunnen lijnen mooi worden afgerond.
Deze functie is echt briljant. De Pathfinder bevat superhandige opties die je kunt gebruiken voor het maken van tekeningen voor het lasersnijden. Met deze functie kun je namelijk vormen met elkaar combineren en zo kun je lijnen laten verdwijnen die je niet nodig hebt. Stel je voor dat je een silhouette wilt maken van een stad. Je hebt tien verschillende gebouwen getekend en een ondergrond. Het ontwerp is af, maar alles bestaat nog uit lossen vormen. Door nu alles in één keer te selecteren, en de functie ‘Unite’ te kiezen versmelten alle vormen tot één vorm. Gebruik CTRL-Y (Outline view) om te controleren of echt alle lijnen binnenin de vorm zijn verdwenen.
Een geniale functie als je ‘m eenmaal hebt ontdekt: ‘Ctrl-D’. Stel dat je een vorm hebt getekend en je hebt deze vorm gekopieerd. Met de functie ‘Transform Again’ (sneltoets ‘Ctrl-D’) heb je in no-time een x-aantal van dezelfde vormen in een rijtje. Het aardige is dat dit ook werkt als je kopieert terwijl je de Rotate Tool (sneltoets ‘R’) gebruikt. Op deze manier kun je bijvoorbeeld snel een klok tekenen of een stervorm. Probeer gewoon eens!
Als je meerdere vormen tegelijkertijd hebt geselecteerd, dan kun je gebruik maken van de Align functie. De Align functie kent verschillende mogelijkheden: een mogelijkheid is het horizontaal of verticaal uitlijnen van objecten (links, midden of rechts). Alle objecten zullen over de horizontale of verticale as bewegen. Een andere mogelijkheid is om verschillende objecten te ‘distribueren’ over de afstand tussen de buitenste vormen. Als je bijvoorbeeld 10 vierkanten hebt die je op dezelfde afstand van elkaar wilt plaatsen, dan kun je eenvoudigweg alle vierkanten selecteren en vervolgens ‘Distribute Center’ kiezen. Combineer de verschillende Align functies met elkaar om jouw gewenste resultaat te krijgen.
TERUG NAAR INSTRUCTIES & KOSTEN